-
1 connaissance
connaissance [konnessãs]〈v.〉♦voorbeelden:avoir connaissance de • weten, kennendonner connaissance de qc. à qn. • iemand iets doen wetenvenir à la connaissance de qn. • iemand ter ore komenà ma connaissance • voor zover ik weeten connaissance de cause • volstrekt terechtêtre, rester sans connaissance • buiten kennis zijnperdre connaissance • flauwvallen3 j'ai fait sa connaissance • ik heb met hem, haar kennis gemaaktfaire connaissance avec qn., faire la connaissance de qn. • met iemand kennis makenpersonne de connaissance • bekend, vertrouwd iemandêtre en pays de connaissance • zich in vertrouwd gezelschap, op bekend terrein bevinden1. f1) kennis, wetenschap2) bewustzijn3) kennis, bekende4) bevoegdheid [rechter]2. connaissancesf pl -
2 bewusstlos
-
3 бессознательно
advgener. onbewust, buiten bewustzijn, buiten kennis -
4 быть без сознания
vgener. buiten kennis (zijn), buiten westen zijnRussisch-Nederlands Universal Dictionary > быть без сознания
-
5 быть без чувств
vgener. buiten kennis -
6 он потерял сознание
prongener. hij raakte buiten kennisRussisch-Nederlands Universal Dictionary > он потерял сознание
-
7 inconscience
inconscience [ẽkõsjãs]〈v.〉1 onverantwoordelijkheid ⇒ onbedachtzaamheid, lichtzinnigheid♦voorbeelden:l'inconscience de la minute qui va suivre • het niet in staat zijn verder te zien dan het momentf -
8 être, rester sans connaissance
être, rester sans connaissanceDictionnaire français-néerlandais > être, rester sans connaissance
-
9 medvetslös
1) buiten kennis2) bewusteloos -
10 omedveten
1) bewusteloos2) buiten kennis -
11 sanslös
1) bewusteloos2) buiten kennis -
12 bewusstlos werden
flauwvallen, buiten kennis raken -
13 ohnmächtig
-
14 knowledge
n. kennis; wetenschap; kunde[ nollidzj]♦voorbeelden:have no knowledge of • geen weet hebben vanto my knowledge • zover ik weetwithout someone's knowledge • buiten iemands (mede)wetenit came to my knowledge • ik heb vernomen, het is mij ter ore gekomen3 man of knowledge • geleerde, gestudeerd man -
15 без моего ведома
part.gener. buiten mijn kennis, buiten mijn voorkennis, buiten mijn weten, zonder mijn voorkennis -
16 Wissen
Wissen〈o.; Wissens〉1 weten, kennis ⇒ wetenschap♦voorbeelden:meines Wissens • bij mijn wetenmit Wissen • opzettelijkim Wissen um diese Sache • van deze zaak op de hoogte zijndemit, ohne jemandes Wissen und Willen • met, zonder iemands medeweten en toestemmingohne sein Wissen • buiten hem omnach bestem Wissen und Gewissen • naar eer en geweten -
17 wide
adj. wijd, breed; in de breedte van; verbreed; verruimd; ver weg van het doel; sluw (i.d. spreektaal)--------adv. wijd, breed; ver weg; grootscheeps; in het geheel--------n. Een bal die het doel mist (bij cricket); ruimtewide1————————wide2♦voorbeelden:a wide public • een breed publiekwide of the mark • compleet ernaast, irrelevanthis answer was wide of the mark • hij sloeg de plank helemaal misgive someone/something (a) wide berth • iemand/iets uit de weg blijven————————wide3〈 bijwoord〉♦voorbeelden:
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский
- Шведский